Gastouder Buitelaar

Welkom

In dit pedagogisch werkplan wil ik u vertellen hoe ik werk aan de hand van de 4 pedagogische basisdoelen. Ieder gastouderbureau heeft een pedagogisch beleidsplan, dat is gebaseerd op 4 basisdoelen die zijn geformuleerd door Marianne Riksen Walraven, hoogleraar Ontwikkelingspsychologie aan de Universiteit van Amsterdam. De GGD controleert ook of deze 4 basisdoelen worden nageleefd in de gastouderopvang. Naast dat ik het gezellig vind om met kinderen samen te zijn, met ze te spelen en ze te zien opgroeien, wil ik ze ook stimuleren in hun ontwikkeling. Dit doe ik aan de hand van de basisdoelen, met behulp van Kiki- kansen in kinderen. Een ontwikkelingsstimuleringsprogramma voor elk kind van nul tot vier jaar, omdat alle kinderen alles in zich hebben voor een optimale ontwikkeling. Of ik maak soms gebruik van een thema van peuteractiviteitenweb. Ook voor uw kind wil ik zorgen voor een gezellige tijd, waarin goed zorgen voor uw kind, met elkaar bezig zijn en lekker kunnen spelen, voorop staan. Zodat u uw kind met een gerust hart bij mij achter laat.

Waarom 4 pedagogische basisdoelen?

Gastouderopvang is formele kinderopvang, het Nederlands kabinet zet in op het verhogen van pedagogische kwaliteit. Ieder gastouderbureau is verplicht om een pedagogisch beleidsplan vast te stellen voordat het kan worden opgenomen in het LRKP. Kwalitatief goede gastouderopvang is van onmisbaar belang voor het welbevinden en de ontwikkeling van kinderen. Als professionele mede- opvoeder levert de gastouder namelijk een belangrijke bijdrage aan de opvoeding van een kind. Deze is onder andere gericht op een optimale ontwikkeling van kinderen tot zelfstandige personen, die in staat gesteld en uitgedaagd worden volledig te integreren in het sociaal-maatschappelijk leven. In de wet staan vier pedagogische basisdoelen die belangrijk zijn voor de ontwikkeling van het kind, beschreven door Marianne Riksen-Walraven. De GGD kijkt tijdens het inspectiebezoek hoe een gastouder aan de vier pedagogische basisdoelen werkt. Het uitgangspunt is dat als de vier basisdoelen in de opvang situatie worden behaald, de ontwikkeling van het kind gunstiger zal verlopen.

Basisdoel 1: Het bieden van een gevoel van emotionele veiligheid

Waarom is de emotionele veiligheid belangrijk? Het kind kan op deze manier zijn eigenwaarde, zelfvertrouwen en het vertrouwen in een ander ontwikkelen.

Hoe zorg ik als gastouder hiervoor?

Ik zorg dat de bakjes klaar staan voor elk kind dat die dag komt. Ik zeg goedemorgen/goedemiddag en ik neem de tijd voor een overdracht. Even vragen hoe de nacht was/weekend was. Dit vraag ik zoveel mogelijk aan het kind. Ook zwaaien we zoveel mogelijk samen de ouders uit. De kinderen kunnen vrij spelen en er is tijd voor een knuffel en een praatje. Wanneer een kind verdriet heeft/boos is, dan zal ik hun gevoelens benoemen, zodat zij leren hun gevoelens te uiten en te verwoorden.

Hoe zorgen andere kinderen hiervoor?

Samen spelen op een veilige manier, we lachen elkaar niet uit, slaan, bijten, schoppen etc., niet. En gebeurt dit onverhoopt toch, dan leg ik uit dat niet aardig is en pijn doet en zeggen we sorry tegen elkaar. Aan tafel wachten we op elkaar en via het goedemorgen lied, leren we elkaars namen.

Hoe zorgt de speel- en leeromgeving hiervoor?

Het speelgoed is aangepast aan de leeftijd van het kind, maar niet al het speelgoed wordt tegelijk gepakt. Eerst het ene opruimen, voordat het volgende gepakt wordt. Er is een afgesloten tuin, waar heerlijk gespeeld kan worden in het speelhuisje, het klimrek of met groot speelgoed. Het speelgoed heeft zowel binnen als buiten een vaste plek. Beer Kiki kan een kind soms helpen bij verdriet of angst.

Hoe zorgen de activiteiten hiervoor?

Ik werk themagericht, maar kijk ook naar de kinderen. Knutselen, activiteiten doen, leuk, maar het is niet verplicht. Heeft een kind geen zin, dan doen ze niet mee. Wel zal ik de kinderen er altijd proberen bij te trekken. Al is het door middel van materialen aan geven of opzoeken. Daarnaast werk ik zoveel mogelijk met een vast dagritme. De kaartjes hiervoor hangen voor het zijraam en met behulp van een magneet kunnen de kinderen zien wat het volgende is dat op het programma staat. Gaat het een keer anders, helemaal prima. Voor baby’s volg ik zoveel mogelijk het schema van thuis.

Basisdoel 2: Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van persoonlijke competenties

Het ontwikkelen van persoonlijke competenties is een brede ontwikkelingsstimulering. Het gaat om de sensomotorische ontwikkeling (ontwikkeling van de zintuigen), de spraak- en taalontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling en de sociaal emotionele ontwikkeling.

Hoe zorg ik als gastouder hiervoor?

Elk kind is anders en ook uw kind is uniek. Ik probeer er dan ook achter te komen wat de interesses zijn van uw kind, zodat ik daar speelgoed op kan aanbieden, maar daar hebben ze zelf een keus in. Ik help uw kind zelfstandig worden: wat hij of zij zelf kan, mag het ook zelf doen. Dit vergroot het zelfvertrouwen. Ik bied verschillende materialen aan om te ontdekken.

Hoe zorgen andere kinderen hiervoor?

Op een dag zijn hier meerdere kinderen en zo kunnen kinderen elkaar voor- en nadoen. Zelf hun jas/schoenen aantrekken. Of schoenen/sokken uittrekken. Door het goedemorgen lied te zingen leren de kinderen elkaars naam en ik stimuleer de kinderen om samen te spelen of elkaar te helpen.

Hoe zorgt de speel- en leeromgeving hiervoor?

Er is een vaste plek voor speelgoed en knutselmateriaal. Kinderen zijn grotendeels vrij om zelf een keus te maken waar ze mee willen spelen. Er staat verschillend speelgoed klaar, maar als daar niet de interesse ligt, dan wordt dat geruild. Om de keus voor de kinderen niet te groot te maken en het risico lopen dat er niet meer gespeeld wordt, maar alleen gegooid, zitten de speelgoedkasten dicht met een kinderbeveiliging. Onder begeleiding gaan deze kasten open en kunnen de kinderen een keus maken. Er is structuur en een dagritme, wat voor de kinderen duidelijkheid geeft.

Hoe zorgen de activiteiten hiervoor?

Door voor te lezen, liedjes te zingen en naar buiten te gaan, te praten, te knutselen en te puzzelen, te werken met verschillende materialen en muziek te maken.

Basisdoel 3. Gelegenheid bieden tot het ontwikkelen van sociale competenties

Waarom? Om in onze wereld goed te kunnen functioneren is het hebben van sociale vaardigheden en competenties van levensbelang. Wat valt er onder de sociale competenties? Bijvoorbeeld naar elkaar luisteren, samenwerken, delen, om de beurt, een ander kind iets geven, helpen, troosten, knuffelen en een complimentje geven.

Hoe zorg ik als gastouder hiervoor?

Als gastouder zorg ik voor een positieve benadering (soms is nee zeggen wel nodig) en geef de kinderen complimentjes. Ik speel soms met de kinderen mee, om ze op deze manier te stimuleren samen te spelen. Ik luister naar de kinderen en geef het goede voorbeeld. Ik ben aanwezig/observeer de (positieve) interacties tussen kinderen onderling en stuur bij waar nodig. Ook door middel van een dagritme en rituelen (denk aan verjaardag vieren), krijgen kinderen grip op een situatie.

Hoe zorgen andere kinderen hiervoor?

Bij mij thuis zijn ook andere kinderen. Dat is leuk voor uw kind, daardoor krijgt hij/zij spelenderwijs mee hoe je samen kunt spelen, hoe je voor jezelf opkomt, kleine ruzietjes op kan lossen en op zijn/haar beurt wachten.

Hoe zorgt de speel- en leeromgeving hiervoor?

De ruime, woonkamer mag helemaal gebruikt worden om te kunnen spelen. Voor baby’s kan er een box neergezet worden, mocht het op de grond te druk zijn.

Hoe zorgen de activiteiten hiervoor?

We spelen buiten in de tuin, maar gaan soms ook op stap/naar de winkel en komen daar andere mensen en/of kinderen tegen.(Sinds Covid-19 is dit wel minder) Er is speelgoed aanwezig om het echte leven na te bootsen. We doen af en toe een kringspelletje en de oudste kinderen willen heel graag de baby’s helpen. Flesje/luier/speentje aangeven.

Basisdoel 4: Kinderen gelegenheid bieden om zich normen en waarden, de cultuur van een samenleving eigen te maken.

Waarom? Kinderen ontwikkelen een persoonlijk geweten op basis van het groepsgeweten. Waarden (wat vinden mensen belangrijk) en normen (de regels die daarbij horen) vormen het cement in onze samenleving. Het gaat dus om opvattingen, (on)geschreven regels en cultuur. Elk systeem heeft eigen normen en waarden, dus thuis kan het anders zijn dan bij de gastouder….

Hoe zorg ik als gastouder hiervoor?

Ik vind het belangrijk dat kinderen meekrijgen hoe je met elkaar omgaat en hoe je je gedraagt. Daarom wordt er bij mij aan tafel gegeten, zeggen we elkaar gedag, proberen we niet te schreeuwen naar elkaar, gaan we met respect met elkaar om. Ik probeer de kinderen bij te brengen dat elk mens, maar ook dieren, respect verdienen, welke godsdienst, achtergrond, uiterlijk het ook heeft. En dat je dus luistert naar elkaar.

Ik stel grenzen en bied ik ruimte voor religie. We wassen onze handen na het plassen, buiten spelen en eten en proberen we elkaar te helpen.

Hoe zorgen andere kinderen hiervoor?

Minimaal 1 x per dag ruimen we samen op. We wachten op elkaar tijdens het eten. Zijn er confrontaties, dan worden die samen besproken en zeggen we sorry. We spelen samen, maar delen ook samen. We geven elkaar de ruimte en zijn aardig voor elkaar.

Hoe zorgt de speel- en leeromgeving hiervoor?

Ik probeer ze respect voor (andermans) spullen bij te brengen. Wat bijvoorbeeld inhoudt dat we niet springen op een bank, daar kan hij kapot van gaan. We klimmen niet op speelgoed of gooien daarmee, we kunnen tenslotte iets kapot maken, en als we buiten spelen dan plukken we geen bloemen uit de border of blaadjes van bomen en struiken, ook niet als we aan het wandelen zijn. Het zijn tenslotte spullen van een ander. Ik zorg voor een schone, veilige omgeving met brand- en rookmelders en is er een EHBO trommel aanwezig.

Hoe zorgen de activiteiten hiervoor?

De kinderen leren samen opruimen, leren afval scheiden, we gaan nog wel eens glas naar de glasbak brengen. En hoe gaan we om met dieren en met andermans spullen. Eerst iets opruimen, voordat we het volgende pakken.

Nog wat verder uitgewerkt.

Spelen en speelgoed

De ruimte Voor elk kind moet er wat te spelen zijn. Bij mij thuis kun je zien dat er kinderen zijn: de kinderen krijgen de ruimte in de woonkamer om te spelen. De kleinste kinderen liggen veelal op de grond op een kleedje, zodat zij er echt bij horen en ze de gelegenheid krijgen om te kruipen, zich op de trekken aan de meubels en hun stapjes te oefenen. Mocht het nodig zijn, is er een box aanwezig waar ze rustig kunnen spelen. Vanzelfsprekend let ik erop dat er voor de jongste kinderen geen onveilige situaties ontstaan. De grotere kinderen mogen hun gang gaan, maar worden wel geacht rekening te houden met de allerkleinsten, zodat die niet onder de voet gelopen worden.

Het speelgoed Voor elk kind is er wat en het moet wel goed zijn. Ik let er bij het aanschaffen op dat het speelgoed niet meteen stuk gaat als je er mee speelt. Poppen, blokken, puzzels, duplo en divers ander speelgoed zijn aanwezig. Ik zorg ervoor dat het speelgoed steeds netjes wordt opgeruimd en dat het schoon en heel is, zodat het leuk blijft om ermee te spelen. Het speelgoed zit opgeborgen in een afsluitbare kast en daar kunnen ze dan uitkiezen. Ik zorg ervoor dat niet alles uit de kast gehaald wordt, waardoor het aanbod te groot wordt en er niet meer meegespeeld wordt. En natuurlijk mag uw kind zijn of haar eigen speelgoed en lievelingsknuffel meenemen. Overleg wel even, want ook de andere kinderen willen dan graag hiermee spelen…. Zodra het op ruzie uitloopt en uw kind erg boos of verdrietig wordt dan leg ik het speelgoed of de knuffel vaak weer bij de tas. Ook leg ik het meegebrachte speelgoed vaak weg als er niet meer mee gespeeld wordt, dit om het ’s avonds niet te vergeten mee te nemen.

Samen spelen Bij het spelen leert uw kind vanzelf met andere kinderen om te gaan: samen het speelgoed delen maar ook met elkaar een mooie toren bouwen. Kleine ruzietjes kunnen de kinderen zelf heel goed oplossen. Natuurlijk ben ik in de buurt om, als kinderen echt met elkaar gaan vechten of elkaar pijn doen, in te grijpen.

Buiten spelen

Waar wordt buiten gespeeld? Zoals u wellicht al gezien hebt, heeft mijn huis een grote tuin met klimrek en speelhuisje. Daarnaast heb ik nog divers ander speelgoed, zoals fietsjes, wipwappen en voor in de zomer een waterbaan en een watertafel, waar ze naar hartenlust kunnen spetteren en spatteren.

Hoe vaak? Ik vind het belangrijk dat de kinderen veel buiten zijn en ik probeer iedere dag minstens 1x buiten te zijn met de kinderen, ook al is het weer wat minder. Zomers zijn we vaak de hele dag buiten, waar ik er natuurlijk wel op let dat ze niet de hele dag in de zon spelen. Door middel van parasols creëer ik schaduwplekken. Natuurlijk smeer ik de kinderen ook regelmatig in met zonnebrandcrème.

Waarom buiten? Buiten kunnen de kinderen zich helemaal uitleven: lekker rennen, klimmen, en in het speelhuisje spelen. Ik vind dat alle kinderen dat nodig hebben, ze voelen zich dan vrij en kunnen zichzelf zijn.

Toezicht De kinderen spelen alleen in de tuin, en hoewel ik soms binnen ben kan ik de kinderen goed in de gaten houden. Voor op het plein mogen de kinderen, tenzij door de ouders aangegeven, niet alleen spelen. Wanneer ik voor aanwezig ben dan mogen de kinderen wel even op de oprit fietsen of rennen, zodra ik weer weg ga dan moeten de kinderen weer mee de tuin in, waarna het hek wordt afgesloten.

Vuil worden Buiten moeten kinderen zich lekker kunnen uitleven. Een beetje zand en vies worden, horen erbij. Vindt u het een bezwaar dat uw kind vuil wordt, geef dan reserve kleding mee die tegen een stootje kan.

Eten

Wanneer eten de kinderen? We eten op vaste tijden en met elkaar. Voor een baby geldt dat ik uw kindje voed volgens het schema dat u gewend bent. Soms is het nodig dat in overleg met u een beetje aan te passen als er meer kinderen zijn.

Tafelmanieren; We eten met z’n allen aan tafel (zomers picknicken we nog wel eens op het gras) en blijven met z’n allen zitten, totdat iedereen klaar is. Zijn de kinderen eraan toe en willen ze zelf smeren, dan mogen ze dit proberen. Brood eten we uit het vuistje en we gaan pas eten zodra iedereen een broodje op zijn/haar bord heeft liggen.

Welk eten, bijzondere wensen We eten: bruin brood, kaas, worst, zoet, we beginnen altijd met een hartige boterham, ik stimuleer de kinderen om alles op te eten, dus ook korstjes. Regel is over het algemeen 1 boterham moet (ze mogen zodra ze oud genoeg zijn namelijk zelf kiezen welk beleg.). Als er feest is eten we soms knakworstjes op brood of pannenkoeken. ’s Morgens eten we fruit en ’s middags een koekje, rozijntjes, abrikoosjes, een maisvinger of een cracker. Er wordt thee, water of melk gedronken,

Als uw kind een speciaal dieet heeft, moet u de voeding zelf meebrengen. Ik zorg ervoor dat uw kind zich aan het dieet kan houden. Wilt u niet dat uw kind bepaalde dingen eet, laat het mij dan vooral weten, zodat ik daar rekening mee kan houden.

Slapen

Waar? De kleintjes hebben nog slaap nodig. Elk kind heeft zijn/haar eigen beddengoed en slaapt in een buitenbedje. Deze zijn verrijdbaar, waardoor ik ze als het nodig is uit elkaar kan halen, zodat kortere slapers, langere slapers niet storen, mochten zij wakker worden. Ik gebruik een camera- babyfoon om de kinderen in de gaten te houden.

Op welk moment, volgens welk ritme? Het slapen gebeurt volgens het ritme dat uw kind thuis ook heeft. En natuurlijk mag een kind dat echt zijn ogen niet open houdt, gaan slapen, slaaptijd of niet! Kinderen die geen middagslaapje meer doen, maar toch een keer op de bank in slaap vallen, laat ik even rustig slapen. Ik houd er natuurlijk wel rekening mee dat uw kind niet te lang slaapt, zodat uw kind ’s avonds ook weer naar bed kan. Soms hebben we een tijd afgesproken, (bijvoorbeeld een ½ uur of 1 uur.) Anders kijk ik hoe uw kind zich daarvoor gedroeg (bijvoorbeeld hangerig) en houd ik zelf de tijd in de gaten. ’s Avonds laat ik u uiteraard weten dat uw kind ’s middags geslapen heeft en hoe lang.

Hoe? Uw baby leg ik altijd op de rug te slapen, tevens maak ik het bedje op aan de hand van de lengte van uw kind (in vakjargon “matrozenbedje”) en gebruik in de winter dekentjes om uw kindje warm te laten liggen. Dit alles naar advies van het consultatiebureau om de kans op wiegendood te verkleinen. Ligt uw kindje liever op de buik, overleg dat dan met mij. Voor een kindje dat zich nog niet zelf omrolt, vraag ik u om een verklaring in te vullen. Inbakeren doe ik liever niet, alleen in hoge uitzondering, ook hiervoor vraag ik u om een verklaring in te vullen.

Fantasie en creativiteit

Wat ik doe aan tekenen, schilderen, kleien, plakken, etc? In mijn huis is aandacht voor de fantasie en creativiteit van de kinderen, en daar heb ik dan ook veel materiaal voor! Ik probeer de materialen af te wisselen en tijdens de thema’s van elk materiaal wel iets te maken. Tevens is er uiteraard aandacht voor fantasiespel. Dozen en kisten worden boten, auto’s, stoeltjes worden een trein, vaak verzinnen de kinderen dit zelf, soms geef ik de kinderen een handreiking door middel van een liedje (bijvoorbeeld timpe tampe tovenaar, ik tover jullie in allemaal kippen, leeuwen, slangen, enz) of we gaan gewoon eens lekker dansen.

Hoe doe ik dat? Een kind heeft veel plezier in het bezig zijn en dat hoeft niet altijd tot een ‘werkje’ te leiden: lekker kliederen, met je handen voelen hoe je mooie kleuren maakt op een groot vel, gaten prikken in de klei: dat geeft veel lol en laat de fantasie op gang komen!

Aandacht voor vies worden en veiligheid; Handen en neuzen onder de verf of klei? Dat wassen we er weer af!

Verzorgen, hygiëne

Hygiëne: hoe belangrijk? Vanzelfsprekend is mijn huis schoon; beddengoed wordt regelmatig gewassen. Op vaste dagen (tenzij eerder nodig) zorg ik (wanneer de tijd het toelaat) dat de keuken, en wc gesopt worden en de kamers gestoft, gezogen en gedweild worden. Zo leren de kinderen dat het niet vanzelf schoon wordt en dat als iets vies wordt je het ook schoon moet maken. Ook leer ik de kinderen om handen te wassen na het toilet/potje en voor het eten. Eten doen we aan tafel, niet lopend door het huis, waardoor er geen onhygiënische situaties ontstaan.

Zindelijk worden; In overleg bespreken we de aanpak om uw kind zindelijk te laten worden. Zelf leg ik er niet te veel nadruk op, ik bied aan om naar de wc te gaan, als ik denk dat een kind er aan toe is. Het helpt als uw kind ook de andere kinderen naar de wc ziet gaan.

Risico-inventarisatie; De gastouderbureaus voeren jaarlijks een risico-inventarisatie bij mij uit waardoor u er zeker van kan zijn dat uw kind in een veilige en gezonde omgeving wordt verzorgd.

Ziek worden en zijn

Hoe ga ik hiermee om, kan het kind blijven als het ziek is? Uw kindje kan ziek worden terwijl het bij mij is. Ik overleg dan met u wat we het beste kunnen doen. Als het kind zich er prettig bij voelt, hoeft u het kind niet perse op te halen. Is uw kindje thuis ziek geworden, dan graag van te voren overleg of het kindje de opvang dag kan komen, dit heeft te maken met de plannen van de dag en het kindaantal.

Wanneer kan ik het kind niet opvangen Heeft uw kind een besmettelijke ziekte of erge hoge koorts of voelt het zich ellendig, houdt het dan liever nog even thuis. Dit in verband met de andere kinderen die bij mij komen. Dit geldt voor bijv. krentenbaard, diarree, spugen. Met waterpokken zijn de kinderen in principe welkom, tenzij het kind erg aan de blaasjes krabt of zich ziek voelt.

Dit alles om de hygiëne en de zorg voor de andere kinderen niet in het gedrang te brengen.

Medicatie Gebruikt uw kind medicijnen dan kan ik die in overleg geven. Zet u er a.u.b. wel duidelijk op: naam van uw kind, naam van het medicijn en zorg dat de bijsluiter er bij zit. Ik vraag u om een ‘verklaring medicijngebruik’ in te vullen zodat we eventueel verkeerd gebruik kunnen voorkomen.

Sommige medicijnen mag ik niet aan uw kind geven, sommige handelingen mag ik niet voor uw kind doen. Dit is wettelijk geregeld. Voorbeelden zijn sondevoeding, injecteren. Mocht uw kind deze speciale zorg nodig hebben, dan overleg ik met u hoe we dit eventueel kunnen regelen (hulp van buitenaf, instructie door de arts, enz.).